Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- onoplettendheid:
- onoplettend:
-
Wiktionary:
- onoplettendheid → vårdslöshet, oaktsamhet
- onoplettend → oaktsam, ouppmärksam, vårdslös, slarvig, försumlig
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor onoplettendheid (Nederlands) in het Zweeds
onoplettendheid:
-
de onoplettendheid (onaandachtigheid)
Vertaal Matrix voor onoplettendheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ouppmärksamhet | onaandachtigheid; onoplettendheid | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ouppmärksamhet | onmerkbaar |
Verwante woorden van "onoplettendheid":
Wiktionary: onoplettendheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onoplettendheid | → vårdslöshet; oaktsamhet | ↔ carelessness — lack of care |
onoplettend:
-
onoplettend (onaandachtig; ongeconcentreerd)
okoncentrerad; okoncentrerat; ouppmärksamt-
okoncentrerad bijvoeglijk naamwoord
-
okoncentrerat bijvoeglijk naamwoord
-
ouppmärksamt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor onoplettend:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
okoncentrerad | onaandachtig; ongeconcentreerd; onoplettend | |
okoncentrerat | onaandachtig; ongeconcentreerd; onoplettend | |
ouppmärksamt | onaandachtig; ongeconcentreerd; onoplettend | hangerig; nalatig |
Verwante woorden van "onoplettend":
Wiktionary: onoplettend
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onoplettend | → oaktsam; ouppmärksam | ↔ distrait — Qui n’a pas d’attention à ce qu’il dit ou à ce qu’il fait, qui n’est pas à ce qu’on lui dit. |
• onoplettend | → vårdslös; slarvig; försumlig | ↔ négligent — Qui faire preuve de négligence. |