Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- ongelijk:
-
Wiktionary:
- ongelijk → olik, annorlunda, på annat sätt, skild, ojämn, växlingsrik, olika
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ongelijk (Nederlands) in het Zweeds
ongelijk:
-
het ongelijk (onrecht)
Vertaal Matrix voor ongelijk:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fel | ongelijk; onrecht | abuis; blaam; bug; defect; dwaling; euvel; feil; fout; fouten; gebrek; gebreken; incorrectheid; machinedefect; mankement; mankementen; misgreep; misslag; misstap; ongemakken; onjuistheid; ontstentenis; onvolkomenheid; vergissing; wanprestatie |
orätt | ongelijk; onrecht | onbillijkheid; ongerechtigheid; onrecht; onrechtvaardigheid; verkeerde |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | anders; verschillend | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fel | abusief; doorelkaar; ernaast; fout; foutief; in de war; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd |
Synoniemen voor "ongelijk":
Antoniemen van "ongelijk":
Verwante definities voor "ongelijk":
Wiktionary: ongelijk
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ongelijk | → olik | ↔ different — not the same |
• ongelijk | → annorlunda; på annat sätt | ↔ anders — verschieden, abweichend (von etwas), auf andere Weise |
• ongelijk | → annorlunda; på annat sätt | ↔ anders — (vergleichend zu einer ander Sache, Person) Nicht so |
• ongelijk | → skild; olik | ↔ verschieden — nicht gleich, andere Eigenschaften habend |
• ongelijk | → skild; olik | ↔ verschieden — nicht der-/die-/dasselbe, nicht identisch |
• ongelijk | → ojämn; växlingsrik | ↔ accidenté — Qui offrir des accidents. |
• ongelijk | → olik; olika | ↔ différent — Qui n’est pas pareil, qui est autre, distinct. |