Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
felfri
|
gaaf; onaangetast; puntgaaf
|
correct; feilloos; foutloos; keurig; loepzuiver; onberispelijk; onbesproken; perfekt; zuiver
|
felfritt
|
gaaf; onaangetast; puntgaaf
|
correct; feilloos; foutloos; keurig; loepzuiver; onberispelijk; onbesproken; perfekt; zuiver
|
fräscht
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
fris; koel; luchtig
|
hel
|
gaaf; onaangetast; puntgaaf
|
gaaf; heel; hele; intact; voluit
|
helt
|
gaaf; onaangetast; puntgaaf
|
gaaf; gehele; heel; intact; voluit
|
inte bortskämd
|
onaangetast; onverzwakt
|
|
nytt
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
fonkelnieuw; nagelnieuw; nieuw; nieuwbakken; nieuwe; pas gekocht; spiksplinternieuw; splinternieuw
|
oanvänd
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
ijdel; leeg; loos; ongevuld
|
oanvänt
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
ijdel; leeg; loos; ongevuld
|
orörd
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
gaaf; koelbloedig; maagdelijk; onaangeraakt; onbewogen; ongerept; onverschillig; puur; virginaal; zuiver
|
orört
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; onverzwakt
|
gaaf; koelbloedig; maagdelijk; onaangeraakt; onbewogen; ongerept; onverschillig; puur; virginaal; zuiver
|
oskadat
|
gaaf; onaangetast; puntgaaf
|
gaaf; heel; intact; onbeschadigd
|
oöppnad
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
|
oöppnat
|
onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend
|
|