Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onaandoenlijk (Nederlands) in het Zweeds

onaandoenlijk:

onaandoenlijk bijvoeglijk naamwoord

  1. onaandoenlijk
    kallt; likgiltig; känslolös; likgiltigt; känslolöst; okänsligt; uttryckslös; uttryckslöst

Vertaal Matrix voor onaandoenlijk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
känslolös emotieloosheid; gevoelloosheid; meedogenloosheid; ongevoeligheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kallt onaandoenlijk bitterkoud; fris; frisjes; gemoedereerd; guur; hard; hardvochtig; ijskoud; ijzig; kil; koel; koud; kouwelijk; laag van temperatuur; onbarmhartig; ongenadig; steenkoud
känslolös onaandoenlijk gelaten; redeloos; stoïcijns; verstandeloos; zonder verstand
känslolöst onaandoenlijk geen pijn voelend; gelaten; gevoelloos; niet-voelend; onbegaan; ongevoelig; redeloos; stoïcijns; verstandeloos; zonder verstand
likgiltig onaandoenlijk druilerig; miezerig; ongeïnteresseerd; onverschillig; vluchtelings
likgiltigt onaandoenlijk druilerig; hangerig; lijzig; log; loom; miezerig; vluchtelings
okänsligt onaandoenlijk onbegaan; onbehoorlijk; onfatsoenlijk; ongehoord; ongevoelig; onpassend; onwelgevoegelijk; stomp
uttryckslös onaandoenlijk leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos
uttryckslöst onaandoenlijk leeg; uitdrukkingsloos; wezenloos

Verwante woorden van "onaandoenlijk":

  • onaandoenlijkheid