Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal omwikkelen

Vertaal omwikkelen van Nederlands naar Zweeds

Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. omwikkelen:

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor omwikkelen (Nederlands) in het Zweeds

omwikkelen:

omwikkelen werkwoord (omwikkel, omwikkelt, omwikkelde, omwikkelden, omwikkeld)

  1. omwikkelen
    svepa in; linda in; svepa runt
    • svepa in werkwoord (svepar in, svepade in, svepat in)
    • linda in werkwoord (lindar in, lindade in, lindat in)
    • svepa runt werkwoord (svepar runt, svepade runt, svepat runt)

Conjugations for omwikkelen:

o.t.t.
  1. omwikkel
  2. omwikkelt
  3. omwikkelt
  4. omwikkelen
  5. omwikkelen
  6. omwikkelen
o.v.t.
  1. omwikkelde
  2. omwikkelde
  3. omwikkelde
  4. omwikkelden
  5. omwikkelden
  6. omwikkelden
v.t.t.
  1. heb omwikkeld
  2. hebt omwikkeld
  3. heeft omwikkeld
  4. hebben omwikkeld
  5. hebben omwikkeld
  6. hebben omwikkeld
v.v.t.
  1. had omwikkeld
  2. had omwikkeld
  3. had omwikkeld
  4. hadden omwikkeld
  5. hadden omwikkeld
  6. hadden omwikkeld
o.t.t.t.
  1. zal omwikkelen
  2. zult omwikkelen
  3. zal omwikkelen
  4. zullen omwikkelen
  5. zullen omwikkelen
  6. zullen omwikkelen
o.v.t.t.
  1. zou omwikkelen
  2. zou omwikkelen
  3. zou omwikkelen
  4. zouden omwikkelen
  5. zouden omwikkelen
  6. zouden omwikkelen
en verder
  1. ben omwikkeld
  2. bent omwikkeld
  3. is omwikkeld
  4. zijn omwikkeld
  5. zijn omwikkeld
  6. zijn omwikkeld
diversen
  1. omwikkel!
  2. omwikkelt!
  5. omwikkeld
  6. omwikkelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor omwikkelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
linda in omwikkelen
svepa in omwikkelen
svepa runt omwikkelen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0414 seconde
Page rendered in 1.0 seconds