Nederlands
Uitgebreide vertaling voor nodeloos (Nederlands) in het Zweeds
nodeloos:
-
nodeloos (overbodig; onnodig)
onödigt; överflödigt; onödig; onödvändigt; onödvändig-
onödigt bijvoeglijk naamwoord
-
överflödigt bijvoeglijk naamwoord
-
onödig bijvoeglijk naamwoord
-
onödvändigt bijvoeglijk naamwoord
-
onödvändig bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor nodeloos:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
överflödigt | overvloeden | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
onödig | nodeloos; onnodig; overbodig | overtollig |
onödigt | nodeloos; onnodig; overbodig | nutteloos; onzinnig; overtollig; zinloos |
onödvändig | nodeloos; onnodig; overbodig | |
onödvändigt | nodeloos; onnodig; overbodig | |
överflödigt | nodeloos; onnodig; overbodig | boventallig; buitengewoon; buitenissig; buitensporig; extravagant; overcompleet; overdadig; overdreven; overtollig |