Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. misbaar:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor misbaar (Nederlands) in het Zweeds

misbaar:

misbaar bijvoeglijk naamwoord

  1. misbaar (ontbeerlijk)
    umbärlig; umbärligt

misbaar [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het misbaar
    buller; larm
    • buller [-ett] zelfstandig naamwoord
    • larm [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor misbaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buller misbaar lawaai
larm misbaar alarminstallatie; alarmsignaal; stampei; tamtam
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
umbärlig misbaar; ontbeerlijk
umbärligt misbaar; ontbeerlijk