Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. makreel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor makreel (Nederlands) in het Zweeds

makreel:

makreel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de makreel
    makrill
    • makrill [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor makreel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
makrill makreel

Verwante woorden van "makreel":

  • makrelen, makreeltje, makreeltjes

Verwante definities voor "makreel":

  1. grote eetbare vis uit de zee aan de Nederlands kust1
    • hou jij ook zo van gerookte makreel?1

Wiktionary: makreel

makreel
noun
  1. Scomber scomber, een vis, familie van de makreelachtigen zoals tonijn en boniet

Cross Translation:
FromToVia
makreel makrill mackerel — edible fish
makreel makrill MakreleIchthyologie: bunter, schlanker, geselliger Stachelflosser im nördlichen Atlantik und Mittelmeer (speziell die Art S. scombrus)
makreel makrill maquereau — poisson
makreel makrill maquereau — populaire|fr proxénète.