Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. linnen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor linnen (Nederlands) in het Zweeds

linnen:

linnen [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het linnen (linnengoed)
    linne; lärft
    • linne [-ett] zelfstandig naamwoord
    • lärft [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. het linnen (schilderijdoek)
    kanvas; grovt linne; smärting
  3. het linnen (beddenlaken; laken; lakens)
    lakan
    • lakan [-ett] zelfstandig naamwoord
  4. het linnen (beddelinnen)
    sängkläder

linnen bijvoeglijk naamwoord

  1. linnen
    linne
    • linne bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor linnen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grovt linne linnen; schilderijdoek
kanvas linnen; schilderijdoek dekzeil; tentdek; tentdoek; tentlinnen; tentstof; tentzeil; zeil
lakan beddenlaken; laken; lakens; linnen
linne linnen; linnengoed beddengoed; hemd; onderhemd
lärft linnen; linnengoed
smärting linnen; schilderijdoek
sängkläder beddelinnen; linnen beddengoed
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
linne linnen

Wiktionary: linnen


Cross Translation:
FromToVia
linnen linne linen — material

Verwante vertalingen van linnen