Liefjes in het Zweeds vertaald uit het Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

liefjes:
- älskare; älskande
liefje:
- älskade; älskling; käraste; vännen; hjärta; skatt; sötnos; gullunge; sötis
Wiktionary:
- liefje → älskling, flickvän

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor liefjes (Nederlands) in het Zweeds

de liefjes (schatjes; schatten; schattebouten)
älskare; älskande
- älskare [-en] zelfstandig naamwoord
- älskande zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
älskande	liefjes; schatjes; schattebouten; schatten	minnaars; vrijers
älskare	liefjes; schatjes; schattebouten; schatten
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
älskande		amoureus

het liefje (liefste; schatje; poepje; schat; lieve; schattebout; scheetje; duifje; beminde; snoes)
älskade; älskling; käraste; vännen
- älskade zelfstandig naamwoord
- älskling [-en] zelfstandig naamwoord
- käraste [-en] zelfstandig naamwoord
- vännen zelfstandig naamwoord
het liefje (beminde; liefste; schat; vriendin; snoes; geliefde)
älskling; älskade; hjärta; käraste
- älskling [-en] zelfstandig naamwoord
- älskade zelfstandig naamwoord
- hjärta [-ett] zelfstandig naamwoord
- käraste [-en] zelfstandig naamwoord
het liefje
älskade; skatt; käraste
- älskade zelfstandig naamwoord
- skatt [-en] zelfstandig naamwoord
- käraste [-en] zelfstandig naamwoord
het liefje (schattig kind; schatje; scheetje; poepje; dot)
sötnos; älskling; gullunge; sötis
- sötnos [-en] zelfstandig naamwoord
- älskling [-en] zelfstandig naamwoord
- gullunge zelfstandig naamwoord
- sötis zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gullunge	dot; liefje; poepje; schatje; schattig kind; scheetje	kindlief; wichtje
hjärta	beminde; geliefde; liefje; liefste; schat; snoes; vriendin	binnenste; bloedpomp; hart; kern; lieveling; lieverd; schatje; snoepje; snoes
käraste	beminde; duifje; geliefde; liefje; liefste; lieve; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; vriendin	engel; engeltje; hartje; lief persoon; lieveling; lieverd; schatje; schatteboutjes; snoepje; snoes; troetels
skatt	liefje	belasting; belastingen; heffingen; kindlief; overheidsbelasting; plicht
sötis	dot; liefje; poepje; schatje; schattig kind; scheetje
sötnos	dot; liefje; poepje; schatje; schattig kind; scheetje	lekkertje; snoesje; snoezepoes
vännen	beminde; duifje; liefje; liefste; lieve; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes
älskade	beminde; duifje; geliefde; liefje; liefste; lieve; poepje; schat; schatje; schattebout; scheetje; snoes; vriendin	hartje; prijzen; roemen; schatteboutje; troetels; verheerlijken
älskling	beminde; dot; duifje; geliefde; liefje; liefste; lieve; poepje; schat; schatje; schattebout; schattig kind; scheetje; snoes; vriendin	engel; engeltje; hartekind; hartje; kindlief; lief persoon; lieveling; lievelingetje; lievelings huisdier; lievelingsdier; lieverd; schatje; snoepje; snoes; troetel; troeteldier; troeteltje
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
älskade		bevallig; lief

Cross Translation:

From	To	Via
• liefje	→ älskling	↔ darling — person who is dear to one
• liefje	→ flickvän	↔ petite amie — Amoureuse