Nederlands

Uitgebreide vertaling voor knots (Nederlands) in het Zweeds

knots:

knots bijvoeglijk naamwoord

  1. knots (knettergek; geschift; krankjorum; )
    spritt språngande galen; tokig; knäppt; knasigt; vrickat; vrickad; föryckt
  2. knots (krankjorum; mesjogge; getikt; )
    idiotisk; tokig; tokigt; idiotiskt

knots [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de knots (ploertendoder; knuppel)
    knölpåk

Vertaal Matrix voor knots:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knölpåk knots; knuppel; ploertendoder
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
föryckt geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik
idiotisk geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knots; krankjorum; maf; mal; mesjogge ridicuul
idiotiskt geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knots; krankjorum; maf; mal; mesjogge ridicuul
knasigt geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik
knäppt geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik mesjokke; tureluurs
spritt språngande galen geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik
tokig geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; maf; mal; mesjogge; niet goed snik eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde; tilt
tokigt geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knots; krankjorum; maf; mal; mesjogge achterlijk; eiig; geflipt; gek; geschift; gestoord; halfgaar; halfzacht; idioot; idioterig; krankjorum; krankzinnig; maf; mesjogge; niet goed snik; niet helemaal in orde; stupide; tilt; tureluurs; zot
vrickad geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik
vrickat geschift; getikt; hoorndol; kierewiet; knettergek; knots; krankjorum; niet goed snik eiig; halfgaar; halfzacht; niet helemaal in orde

Verwante woorden van "knots":

  • knotsen, knotse, knot

knots vorm van knot:

knot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de knot (streng garen)
    knut
    • knut zelfstandig naamwoord
  2. de knot (knotje haar)
    hårknut
  3. de knot (wrong; knoedel; vlecht; )
    knut; hårknut
    • knut zelfstandig naamwoord
    • hårknut [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor knot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hårknut haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; knotje haar; vlecht; wrong pluk haar; toet
knut haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; streng garen; vlecht; wrong schuifknoop; strik

Verwante woorden van "knot":