Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. knoppen:
  2. knop:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor knoppen (Nederlands) in het Zweeds

knoppen:

knoppen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de knoppen (schakelaars)
    knappar
  2. de knoppen (nieuwe twijgen; scheuten; uitlopers)
    kvistar; smågrenar

Vertaal Matrix voor knoppen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knappar knoppen; schakelaars knopjes
kvistar knoppen; nieuwe twijgen; scheuten; uitlopers
smågrenar knoppen; nieuwe twijgen; scheuten; uitlopers

Verwante woorden van "knoppen":


knoppen vorm van knop:

knop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de knop (schakelaar; schakelknop)
    knapp
    • knapp [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de knop (bloemknop)
    blomm knopp
  3. de knop (lichtknop)
    ljusknappen

knop

  1. knop
    knapp; musknapp

Vertaal Matrix voor knop:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blomm knopp bloemknop; knop
knapp knop; schakelaar; schakelknop drukkertje; knobbel; knoest; knopje; kwast; overhemdsknoopje
ljusknappen knop; lichtknop
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
musknapp knop
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knapp eng; nauw; nauwsluitend; smal; smalletjes; strak; van geringe breedte

Verwante woorden van "knop":


Wiktionary: knop


Cross Translation:
FromToVia
knop knopp bud — newly formed leaf or flower that has not yet unfolded
knop knapp button — a mechanical device meant to be pressed with a finger
knop knapp button — in computer software, an on-screen control that can be selected
knop knopp KnospeBotanik: ein neuer Trieb, aus dem sich Blätter oder Blüten entwickeln

Verwante vertalingen van knoppen