Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. kerst:
  2. Wiktionary:
    • kerst → jul


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kerst (Nederlands) in het Zweeds

kerst:

kerst [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de kerst
    jul
    • jul [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kerst:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jul kerst Kerst; kerstfeest; kerstmis

Verwante woorden van "kerst":

  • kersten

Wiktionary: kerst


Cross Translation:
FromToVia
kerst jul Christmas — Christian holiday