Nederlands
Uitgebreide vertaling voor kern (Nederlands) in het Zweeds
kern:
-
de kern (binnenste)
-
de kern (essentie; midden)
essens; hjärtpunkt; kärna; det väsentliga-
hjärtpunkt zelfstandig naamwoord
-
det väsentliga zelfstandig naamwoord
-
de kern (middelpunt; centrum; midden)
Vertaal Matrix voor kern:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
det väsentliga | essentie; kern; midden | |
essens | essentie; kern; midden | |
hjärta | binnenste; kern | beminde; bloedpomp; geliefde; hart; liefje; liefste; lieveling; lieverd; schat; schatje; snoepje; snoes; vriendin |
hjärtpunkt | essentie; kern; midden | |
innersta | binnenste; kern | kern van de zaak |
kärna | binnenste; essentie; kern; midden | binnenste van een vrucht; karnton; klokhuis; pit; vruchtenpit |
mitt | binnenste; kern | |
mitten | centrum; kern; middelpunt; midden | kernpunt |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kärna | omroeren; roeren |