Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. kenspreuk:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kenspreuk (Nederlands) in het Zweeds

kenspreuk:

kenspreuk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de kenspreuk (motto; devies; zinspreuk)
    slagord
    • slagord [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kenspreuk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
slagord devies; kenspreuk; motto; zinspreuk kreet; leus; leuze; leuzen; parolen; parool; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan; spreuk

Verwante woorden van "kenspreuk":

  • kenspreuken