Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. katrol:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor katrol (Nederlands) in het Zweeds

katrol:

katrol [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de katrol (hijsblok; takel; takelblok; hijstoestel)
    talja; hissblock

Vertaal Matrix voor katrol:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hissblock hijsblok; hijstoestel; katrol; takel; takelblok
talja hijsblok; hijstoestel; katrol; takel; takelblok poelie

Verwante woorden van "katrol":

  • katrollen

Wiktionary: katrol


Cross Translation:
FromToVia
katrol rulle Rolle — eine drehbares, kreisförmiges Rad oder eine Walze, zum Beispiel:
katrol block poulie — technique|fr accessoire formé d’une roue à gorge tourner sur un axe et permettre sur sa jante le déplacement ou le renvoi d'une corde, d'un câble, d'une chaîne ou d'une courroie.