Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. jawoord:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor jawoord (Nederlands) in het Zweeds

jawoord:

jawoord [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het jawoord
    samtycke; ja
    • samtycke [-ett] zelfstandig naamwoord
    • ja zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jawoord:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ja jawoord
samtycke jawoord accoord; dienstbaarheid; dienstvaardigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; gedienstigheid; goedkeuring; toestemming; unanimiteit; welbevinden
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ja ja; jawel; wel

Verwante woorden van "jawoord":

  • jawoorden