Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. jat:
  2. jatten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor jat (Nederlands) in het Zweeds

jat:

jat [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de jat (hand; klauw; poot; knuist)
    hand
    • hand [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor jat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hand hand; jat; klauw; knuist; poot hand; handje

Verwante woorden van "jat":


Wiktionary: jat


Cross Translation:
FromToVia
jat kopp cup — vessel for drinking

jatten:

jatten werkwoord (jat, jatte, jatten, gejat)

  1. jatten (wegkapen; grissen; grijpen; )
    ta ifrån; knycka bort
    • ta ifrån werkwoord (tar ifrån, tog ifrån, tagit ifrån)
    • knycka bort werkwoord (knycker bort, knyckte bort, knyckt bort)
  2. jatten (ontvreemden; stelen; pikken; )
    stjäla; nypa; knycka
    • stjäla werkwoord (stjäler, stal, stulit)
    • nypa werkwoord (nypar, nypade, nypat)
    • knycka werkwoord (knycker, knyckte, knyckt)
  3. jatten (stelen; pikken; verdonkeremanen; )
    stjäla
    • stjäla werkwoord (stjäler, stal, stulit)
  4. jatten (stelen; pikken; verduisteren; )
    stjäla; sno; snatta; knycka
    • stjäla werkwoord (stjäler, stal, stulit)
    • sno werkwoord (snor, snodde, snott)
    • snatta werkwoord (snattar, snattade, snattat)
    • knycka werkwoord (knycker, knyckte, knyckt)

Conjugations for jatten:

o.t.t.
  1. jat
  2. jat
  3. jat
  4. jatten
  5. jatten
  6. jatten
o.v.t.
  1. jatte
  2. jatte
  3. jatte
  4. jatten
  5. jatten
  6. jatten
v.t.t.
  1. heb gejat
  2. hebt gejat
  3. heeft gejat
  4. hebben gejat
  5. hebben gejat
  6. hebben gejat
v.v.t.
  1. had gejat
  2. had gejat
  3. had gejat
  4. hadden gejat
  5. hadden gejat
  6. hadden gejat
o.t.t.t.
  1. zal jatten
  2. zult jatten
  3. zal jatten
  4. zullen jatten
  5. zullen jatten
  6. zullen jatten
o.v.t.t.
  1. zou jatten
  2. zou jatten
  3. zou jatten
  4. zouden jatten
  5. zouden jatten
  6. zouden jatten
en verder
  1. is gejat
diversen
  1. jat!
  2. jat!
  3. gejat
  4. jattend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor jatten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nypa afsnoepen; kneep; knijpen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knycka achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken gappen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
knycka bort graaien; grijpen; grissen; jatten; pikken; snaaien; wegkapen
nypa achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; vervreemden; wegkapen; wegpikken drukken; knellen; strak zitten; vastknijpen
snatta achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken
sno achterhouden; achteroverdrukken; gappen; inpikken; jatten; ontvreemden; pikken; stelen; verdonkeremanen; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegpikken gappen; kroelen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
stjäla achterhouden; achteroverdrukken; afnemen; benemen; gappen; inpikken; jatten; kapen; leegstelen; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; toeëigenen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; wegfutselen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken afsnoepen; gappen; ladelichten; ontstelen; snaaien; stelen; weggraaien; wegpikken
ta ifrån graaien; grijpen; grissen; jatten; pikken; snaaien; wegkapen

Verwante woorden van "jatten":


Wiktionary: jatten


Cross Translation:
FromToVia
jatten sno; snatta; knycka klauen — (transitiv) umgangssprachlich: etwas entwenden, stehlen
jatten stjäla; sno; knycka steal — to illegally take possession of
jatten meja fauchercouper à la faux ou à la machine.