Nederlands
Uitgebreide vertaling voor inwinnen (Nederlands) in het Zweeds
inwinnen:
-
inwinnen (trachten te krijgen)
Conjugations for inwinnen:
o.t.t.
- win in
- wint in
- wint in
- winnen in
- winnen in
- winnen in
o.v.t.
- won in
- won in
- won in
- wonnen in
- wonnen in
- wonnen in
v.t.t.
- heb ingewonnen
- hebt ingewonnen
- heeft ingewonnen
- hebben ingewonnen
- hebben ingewonnen
- hebben ingewonnen
v.v.t.
- had ingewonnen
- had ingewonnen
- had ingewonnen
- hadden ingewonnen
- hadden ingewonnen
- hadden ingewonnen
o.t.t.t.
- zal inwinnen
- zult inwinnen
- zal inwinnen
- zullen inwinnen
- zullen inwinnen
- zullen inwinnen
o.v.t.t.
- zou inwinnen
- zou inwinnen
- zou inwinnen
- zouden inwinnen
- zouden inwinnen
- zouden inwinnen
en verder
- is ingewonnen
diversen
- win in!
- wint in!
- ingewonnen
- inwinnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
inwinnen
Vertaal Matrix voor inwinnen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
samlande | inwinnen | |
samling | inwinnen | aggregaat; bijeenkomst; collecte; combinatie; cumulatie; inzameling; manifestatie; samenkomst; schifting; selectie; vergadering; verzameling; zitting |
sammankomst | inwinnen | beraadslaging; conferentie; ontmoeting; oploopje; overleg; samenkomst; samenstroming; samenvloeiing; samenzijn; toeloop; treffen |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bekomma | inwinnen; trachten te krijgen | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bekomma | betamelijk; welgevoeglijk; welvoeglijk |