Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal insnoeren

Vertaal insnoeren van Nederlands naar Zweeds

Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. insnoeren:

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor insnoeren (Nederlands) in het Zweeds

insnoeren:

insnoeren werkwoord (snoer in, snoert in, snoerde in, snoerden in, ingesnoerd)

  1. insnoeren
    dra samman; tränga ihop; få att dra ihop sig; dra ihop; pressa samman; snöra in
    • dra samman werkwoord (drar samman, drog samman, dragit samman)
    • tränga ihop werkwoord (tränger ihop, trängde ihop, trängt ihop)
    • få att dra ihop sig werkwoord (får att dra ihop sig, fick att dra ihop sig, fått att dra ihop sig)
    • dra ihop werkwoord (drar ihop, drog ihop, dragit ihop)
    • pressa samman werkwoord (pressar samman, pressade samman, pressat samman)
    • snöra in werkwoord (snör in, snörde in, snört in)

Conjugations for insnoeren:

o.t.t.
  1. snoer in
  2. snoert in
  3. snoert in
  4. snoeren in
  5. snoeren in
  6. snoeren in
o.v.t.
  1. snoerde in
  2. snoerde in
  3. snoerde in
  4. snoerden in
  5. snoerden in
  6. snoerden in
v.t.t.
  1. heb ingesnoerd
  2. hebt ingesnoerd
  3. heeft ingesnoerd
  4. hebben ingesnoerd
  5. hebben ingesnoerd
  6. hebben ingesnoerd
v.v.t.
  1. had ingesnoerd
  2. had ingesnoerd
  3. had ingesnoerd
  4. hadden ingesnoerd
  5. hadden ingesnoerd
  6. hadden ingesnoerd
o.t.t.t.
  1. zal insnoeren
  2. zult insnoeren
  3. zal insnoeren
  4. zullen insnoeren
  5. zullen insnoeren
  6. zullen insnoeren
o.v.t.t.
  1. zou insnoeren
  2. zou insnoeren
  3. zou insnoeren
  4. zouden insnoeren
  5. zouden insnoeren
  6. zouden insnoeren
en verder
  1. ben ingesnoerd
  2. bent ingesnoerd
  3. is ingesnoerd
  4. zijn ingesnoerd
  5. zijn ingesnoerd
  6. zijn ingesnoerd
diversen
  1. snoer in!
  2. snoert in!
  5. ingesnoerd
  6. insnoerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor insnoeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dra ihop insnoeren
dra samman insnoeren contracteren; samenscholen; samentrekken
få att dra ihop sig insnoeren
pressa samman insnoeren
snöra in insnoeren toesnoeren
tränga ihop insnoeren bijeen drommen

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0204 seconde
Page rendered in 1.0 seconds