Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. informatica:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor informatica (Nederlands) in het Zweeds

informatica:

informatica [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de informatica (computerkunde)
  2. de informatica
  3. de informatica

Vertaal Matrix voor informatica:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
informationsvetenskap computerkunde; informatica informatiewetenschap
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
datavetenskap informatica
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
informatik informatica

Wiktionary: informatica

informatica
noun
  1. de leer van de mechanische verzameling en verwerking van informatie

Cross Translation:
FromToVia
informatica datavetenskap computer science — study of computers and their architecture
informatica informatik Informatik — eine Strukturwissenschaft, die sich mit der Information und deren automatischer Verarbeitung befasst