Nederlands
Uitgebreide vertaling voor in werking zijn (Nederlands) in het Zweeds
in werking zijn:
in werking zijn werkwoord (ben in werking, bent in werking, is in werking, was in werking, waren in werking, in werking geweest)
-
in werking zijn (aanstaan)
Conjugations for in werking zijn:
o.t.t.
- ben in werking
- bent in werking
- is in werking
- zijn in werking
- zijn in werking
- zijn in werking
o.v.t.
- was in werking
- was in werking
- was in werking
- waren in werking
- waren in werking
- waren in werking
v.t.t.
- ben in werking geweest
- bent in werking geweest
- is in werking geweest
- zijn in werking geweest
- zijn in werking geweest
- zijn in werking geweest
v.v.t.
- was in werking geweest
- was in werking geweest
- was in werking geweest
- waren in werking geweest
- waren in werking geweest
- waren in werking geweest
o.t.t.t.
- zal in werking zijn
- zult in werking zijn
- zal in werking zijn
- zullen in werking zijn
- zullen in werking zijn
- zullen in werking zijn
o.v.t.t.
- zou in werking zijn
- zou in werking zijn
- zou in werking zijn
- zouden in werking zijn
- zouden in werking zijn
- zouden in werking zijn
en verder
- in werking weze
- in werking zijdt
- in werking is
- in werking wezen
- in werking wezen
- in werking wezen
diversen
- wees in werking!
- weest in werking!
- in werking geweest
- in werking zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor in werking zijn:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vara på | aanstaan; in werking zijn |