Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. huisgenoot:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor huisgenoot (Nederlands) in het Zweeds

huisgenoot:

huisgenoot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de huisgenoot

Vertaal Matrix voor huisgenoot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
någon man delar sin bostad med huisgenoot