Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hooggeleerde (Nederlands) in het Zweeds
hooggeleerde:
-
hooggeleerde
Vertaal Matrix voor hooggeleerde:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
akademiker | hooggeleerde | academica; academicus; afgestudeerde; alumnus; doctoranda; doctorandus; gegradueerde |
professor | hooggeleerde | hoogleraar; prof; professor |
Verwante woorden van "hooggeleerde":
hooggeleerd:
-
hooggeleerd (gestudeerd; erudiet; wijs; ontwikkeld; zeer ontwikkeld; geletterd; zeer geleerd; belezen)
universitetsutbildat; lärt; akademisk; beläst; akademiskt-
universitetsutbildat bijvoeglijk naamwoord
-
lärt bijvoeglijk naamwoord
-
akademisk bijvoeglijk naamwoord
-
beläst bijvoeglijk naamwoord
-
akademiskt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor hooggeleerd:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
beläst | geletterde | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
akademisk | belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld | academisch; akademisch; theoretisch; universitair |
akademiskt | belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld | academisch; akademisch; theoretisch |
beläst | belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld | |
lärt | belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld | |
universitetsutbildat | belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld |