Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hevigheid (Nederlands) in het Zweeds
hevigheid:
-
de hevigheid (intensiteit; kracht; heftigheid; felheid)
Vertaal Matrix voor hevigheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
glöd | felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht | driftigheid; glans; glanzen; glimmen; gloed; gloeiing; heftigheid |
häftighet | felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht | driftigheid; felheid; gedrevenheid; heftigheid; veldsterkte |
iver | felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht | begerige ijver; elan; gloed; graagte; gretigheid; pit; vlam; voortvarendheid; vuur |
våldsamhet | felheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht | driftigheid; felheid; gedrevenheid; geweld; heftigheid |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
glöd | gloed | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
häftighet | heftig; hevig |
Verwante woorden van "hevigheid":
hevigheid vorm van hevig:
Vertaal Matrix voor hevig:
Verwante woorden van "hevig":
Verwante definities voor "hevig":
Wiktionary: hevig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hevig | → stark; häftig; intensiv | ↔ heftig — adjektivisch und adverbial: kräftig, mächtig, stark, gewaltig, ungestüm; aufbrausend, zornig, wütend, jähzornig, leidenschaftlich, ungeduldig; erbittert, gefühlsbetont, emphatisch, nicht maßvoll, heftiglich |
• hevig | → starkt; häftigt; intensivt | ↔ heftig — adverbial: sehr, tüchtig, deftig, doll; heftiglich, heftiglichen, arg |