Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. heuveltje:
  2. heuvel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor heuveltje (Nederlands) in het Zweeds

heuveltje:

heuveltje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het heuveltje
    backe; kulle
    • backe zelfstandig naamwoord
    • kulle zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor heuveltje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
backe heuveltje
kulle heuveltje bergje; bult; heuvel; kleine berg; terp

Verwante woorden van "heuveltje":


heuvel:

heuvel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de heuvel (bult)
    höjd; kulle
    • höjd [-en] zelfstandig naamwoord
    • kulle zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor heuvel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
höjd bult; heuvel hoogte; hoogtelijn; niveaulijn; rijzigheid
kulle bult; heuvel bergje; heuveltje; kleine berg; terp

Verwante woorden van "heuvel":


Verwante definities voor "heuvel":

  1. niet zo steile verhoging in het landschap1
    • het landschap bestond uit glooiende heuvels1

Wiktionary: heuvel

heuvel
noun
  1. een kleine verhoging in het landschap

Cross Translation:
FromToVia
heuvel kulle; backe hill — elevated location
heuvel backe; höjd; knalle; kulle Hügel — Erhebung auf der Erdoberfläche unter etwa 300 Meter Höhe, meist von gerundeter Form
heuvel backe; kulle colline — Petite élévation de terrain