Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. het:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor het (Nederlands) in het Zweeds

het:

het

  1. het

Vertaal Matrix voor het:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
det het de; opdat; zodat
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
det dat; de

Verwante definities voor "het":

  1. derde persoon enkelvoud, onzijdige vorm1
    • het regent al dagen1

Wiktionary: het

het
pronoun
  1. 3e persoon enkelvoud onzijdig

Cross Translation:
FromToVia
het den; det it — subject — inanimate thing
het det; den it — object
het det it — subject of impersonal statement
het den; det; de; -n; -en; -t; -et; -na; -a the — article
het den; det; de; -n; -en; -t; -et; -na; -a the — used as an alternative to a possessive pronoun before body parts
het den; det; de the — stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention
het den; det; de the — with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”
het den; det; de the — with a superlative
het -n; -en; -t; -et; -na; -a the — used with the name of a member of a class to refer to all things in that class
het den; det esPersonalpronomen 3. Person Neutrum Singular
het honom; henne; den; det le — Pronom masculin singulier accusatif de la troisième personne

Verwante vertalingen van het