Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hervormen (Nederlands) in het Zweeds
hervormen:
-
hervormen (herzien; reformeren)
-
hervormen (kerk hervormen; reformeren)
Conjugations for hervormen:
o.t.t.
- hervorm
- hervormt
- hervormt
- hervormen
- hervormen
- hervormen
o.v.t.
- hervormde
- hervormde
- hervormde
- hervormden
- hervormden
- hervormden
v.t.t.
- heb hervormd
- hebt hervormd
- heeft hervormd
- hebben hervormd
- hebben hervormd
- hebben hervormd
v.v.t.
- had hervormd
- had hervormd
- had hervormd
- hadden hervormd
- hadden hervormd
- hadden hervormd
o.t.t.t.
- zal hervormen
- zult hervormen
- zal hervormen
- zullen hervormen
- zullen hervormen
- zullen hervormen
o.v.t.t.
- zou hervormen
- zou hervormen
- zou hervormen
- zouden hervormen
- zouden hervormen
- zouden hervormen
en verder
- ben hervormd
- bent hervormd
- is hervormd
- zijn hervormd
- zijn hervormd
- zijn hervormd
diversen
- hervorm!
- hervormt!
- hervormd
- hervormend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor hervormen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
reformera | hervormen; kerk hervormen; reformeren | |
revidera | hervormen; herzien; reformeren | recenseren |
ändra | hervormen; herzien; reformeren | afwisselen; amenderen; herzien; modificeren; naar een andere versnelling overgaan; omwerken; schakelen; veranderen; verwisselen; wijzigen |