Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- hausse:
-
Wiktionary:
- hausse → boom, hausse, högkonjunktur
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hausse (Nederlands) in het Zweeds
hausse:
-
de hausse (hoogconjunctuur; bloei)
Vertaal Matrix voor hausse:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
högkonjunktur | bloei; hausse; hoogconjunctuur |