Nederlands
Uitgebreide vertaling voor groentje (Nederlands) in het Zweeds
groentje:
-
het groentje (lafbek; lafaard; melkmuil)
-
het groentje (nieuwkomer)
-
het groentje (eerstejaars student; foet; eerstejaars)
Vertaal Matrix voor groentje:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fegis | groentje; lafaard; lafbek; melkmuil | angsthaas; bangerd; bangerik; hazenpoot; zwakkeling |
gröngöling | eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; nieuwkomer | nieuweling; nieuwkomer |
hare | groentje; lafaard; lafbek; melkmuil | funk; gangmakers; haas; langoor; stemmingmakers |
mes | groentje; lafaard; lafbek; melkmuil | angsthaas; bangerd; bangerik; hazenpoot; huismus; zwakkeling |
novis | eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; nieuwkomer | nieuweling; nieuwkomer |
nybörjare | eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; nieuwkomer | aspirant; beginneling; beginnelinge; beginnelingen; beginner; beginners; mensen die beginnen; nieuweling; nieuwkomer |
nykomling | groentje; nieuwkomer | nieuweling; nieuwkomer |
rookie | eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; lafaard; lafbek; melkmuil | nieuweling; nieuwkomer |