Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. grappenmaker:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor grappenmaker (Nederlands) in het Zweeds

grappenmaker:

grappenmaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de grappenmaker (uilenspiegel; guit; komiek; )
    komiker; narr; clown
    • komiker [-en] zelfstandig naamwoord
    • narr [-en] zelfstandig naamwoord
    • clown [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de grappenmaker (lolbroek; komiek)
    spefågel; komiker; clown
    • spefågel [-en] zelfstandig naamwoord
    • komiker [-en] zelfstandig naamwoord
    • clown [-en] zelfstandig naamwoord
  3. de grappenmaker (potsenmaker)
    pajas; clown
    • pajas [-en] zelfstandig naamwoord
    • clown [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor grappenmaker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
clown grappenmaker; guit; komiek; lolbroek; mallerd; olijkerd; paljas; pias; potsenmaker; snaak; uilenspiegel clown; gek; grapjas; hansworst; harlekijn; kwast; kwibus; lolbroek; nar; pierrot; potsenmaker; zot
komiker grappenmaker; guit; komiek; lolbroek; mallerd; olijkerd; paljas; pias; snaak; uilenspiegel cabaretier; grapjas; grappenmakers; komedianten; komiek; komieken; lolbroek; paljassen
narr grappenmaker; guit; komiek; mallerd; olijkerd; paljas; pias; snaak; uilenspiegel dwaas; gek; idioot; imbeciel
pajas grappenmaker; potsenmaker potsenmaker; stripfiguur
spefågel grappenmaker; komiek; lolbroek lachebek; schalk; snaken

Verwante woorden van "grappenmaker":


Wiktionary: grappenmaker


Cross Translation:
FromToVia
grappenmaker spefågel; gyckelmakare; muntergök Spaßvogeljemand, der mit seinen lustigen Einfällen und Späßen andere gerne erheitert

Computer vertaling door derden: