Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gracht:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gracht (Nederlands) in het Zweeds

gracht:

gracht [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de gracht (kanaal; vaart)
    kanal
    • kanal [-en] zelfstandig naamwoord
  2. de gracht (stadsgracht; singel; gracht rond stad)
    stadskanal

Vertaal Matrix voor gracht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kanal gracht; kanaal; vaart communicatiekanaal; geul; kanaal; vaargeul
stadskanal gracht; gracht rond stad; singel; stadsgracht

Verwante woorden van "gracht":


Wiktionary: gracht


Cross Translation:
FromToVia
gracht kanal canal — artificial waterway
gracht vallgrav moat — defensive ditch
gracht kanal Grachtniederdeutsch, ostniederdeutsch: Wassergraben, Kanal
gracht kanal Gracht — innerstädtische Kanalstraße niederländischer oder vereinzelt deutscher Städte
gracht dike; vallgrav; fästningsgrav fossé — fosse creusée pour enfermer, ou pour faire écouler les eaux

Verwante vertalingen van gracht