Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. giftigheid:
  2. giftig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor giftigheid (Nederlands) in het Zweeds

giftigheid:

giftigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de giftigheid (razernij; woede; toorn; kwaadheid)
    ilska; vrede; raseri
    • ilska [-en] zelfstandig naamwoord
    • vrede zelfstandig naamwoord
    • raseri [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. de giftigheid (venijnigheid; virulentie; venijn)
    farligt; giftighet
  3. de giftigheid (gif bevatten)
    giftigt; toxiskt

Vertaal Matrix voor giftigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
farligt giftigheid; venijn; venijnigheid; virulentie
giftighet giftigheid; venijn; venijnigheid; virulentie
giftigt gif bevatten; giftigheid
ilska giftigheid; kwaadheid; razernij; toorn; woede gramschap; verbolgenheid
raseri giftigheid; kwaadheid; razernij; toorn; woede dolheid; furie; razernij; uitzinnigheid
toxiskt gif bevatten; giftigheid
vrede giftigheid; kwaadheid; razernij; toorn; woede boosheid; gramschap; verbolgenheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
farligt benard; benauwd; ernstig; gevaarlijk; gewaagd; hachelijk; kritiek; onveilig; penibel; risicodragend; zorgelijk; zorgwekkend
giftigt giftig; kwaadaardig; venijnig; vergiftig

Verwante woorden van "giftigheid":


giftig:

giftig bijvoeglijk naamwoord

  1. giftig (vergiftigd; toxisch)
    förgiftigat; förgiftigad
  2. giftig (venijnig; kwaadaardig)
    spydig; giftigt; spydigt
  3. giftig (verbolgen; kwaad; boos; )
    sur; förbannat; ilsken; surt; ilsket; argt
    • sur bijvoeglijk naamwoord
    • förbannat bijvoeglijk naamwoord
    • ilsken bijvoeglijk naamwoord
    • surt bijvoeglijk naamwoord
    • ilsket bijvoeglijk naamwoord
    • argt bijvoeglijk naamwoord
  4. giftig (zeer boos; kwaad; woedend; bitter; nijdig)
    jätte argt; jätte arg

Vertaal Matrix voor giftig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
giftigt gif bevatten; giftigheid
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sur verbitteren; vergrammen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
argt boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd boos; dol; furieus; hels; kwaad; laaiend; nijdig; onderdrukt; opgekropt; razend; tierend; verbeten; verkropt; woedend; woest
förbannat boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd boos; dol; erg boos; furieus; gedoemd; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; spinnijdig; tierend; verdikkeme; verdoemd; verdomd; verdomme; verdorie; vervloekt; verwenst; woedend; woest
förgiftigad giftig; toxisch; vergiftigd
förgiftigat giftig; toxisch; vergiftigd
giftigt giftig; kwaadaardig; venijnig vergiftig
ilsken boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd fel; heftig; hevig; verwoed
ilsket boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd boos; dol; fel; furieus; heftig; hels; hevig; kwaad; laaiend; nijdig; razend; tierend; verwoed; woedend; woest
jätte arg bitter; giftig; kwaad; nijdig; woedend; zeer boos
jätte argt bitter; giftig; kwaad; nijdig; woedend; zeer boos
spydig giftig; kwaadaardig; venijnig hatelijk; stekelig; vijandig
spydigt giftig; kwaadaardig; venijnig hatelijk; stekelig; vijandig
sur boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd bitter; galachtig; gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrevelig; zuur
surt boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd bitter; galachtig; gepikeerd; geprikkeld; misnoegd; ontstemd; wrang; wrevelig; zuur; zuur smakend

Verwante woorden van "giftig":

  • giftigheid, giftiger, giftigere, giftigst, giftigste, giftige

Synoniemen voor "giftig":


Verwante definities voor "giftig":

  1. erg kwaad1
    • ze werd giftig toen ik aan haar haren trok1
  2. waar een schadelijke of dodelijke stof in zit1
    • deze bessen zijn giftig1

Wiktionary: giftig

giftig
adjective
  1. gif bevattend

Cross Translation:
FromToVia
giftig giftig toxic — having a harmful chemical nature
giftig giftig; toxisk toxiquevénéneux, empoisonné.
giftig ettrig; giftig venimeux — Qui a du venin et un moyen de l'injecter. — usage aujourd'hui, il ne se dit proprement que des animaux.

Computer vertaling door derden: