Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gevangen zetten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gevangen zetten (Nederlands) in het Zweeds

gevangen zetten:

gevangen zetten werkwoord (zet gevangen, zette gevangen, zetten gevangen, gevangen gezet)

  1. gevangen zetten (opsluiten; isoleren; interneren)
    hålla fast
    • hålla fast werkwoord (håller fast, höll fast, hållit fast)

Conjugations for gevangen zetten:

o.t.t.
  1. zet gevangen
  2. zet gevangen
  3. zet gevangen
  4. zetten gevangen
  5. zetten gevangen
  6. zetten gevangen
o.v.t.
  1. zette gevangen
  2. zette gevangen
  3. zette gevangen
  4. zetten gevangen
  5. zetten gevangen
  6. zetten gevangen
v.t.t.
  1. heb gevangen gezet
  2. hebt gevangen gezet
  3. heeft gevangen gezet
  4. hebben gevangen gezet
  5. hebben gevangen gezet
  6. hebben gevangen gezet
v.v.t.
  1. had gevangen gezet
  2. had gevangen gezet
  3. had gevangen gezet
  4. hadden gevangen gezet
  5. hadden gevangen gezet
  6. hadden gevangen gezet
o.t.t.t.
  1. zal gevangen zetten
  2. zult gevangen zetten
  3. zal gevangen zetten
  4. zullen gevangen zetten
  5. zullen gevangen zetten
  6. zullen gevangen zetten
o.v.t.t.
  1. zou gevangen zetten
  2. zou gevangen zetten
  3. zou gevangen zetten
  4. zouden gevangen zetten
  5. zouden gevangen zetten
  6. zouden gevangen zetten
en verder
  1. ben gevangen gezet
  2. bent gevangen gezet
  3. is gevangen gezet
  4. zijn gevangen gezet
  5. zijn gevangen gezet
  6. zijn gevangen gezet
diversen
  1. zet gevangen!
  2. zet gevangen!
  3. gevangen gezet
  4. gevangen zettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

gevangen zetten [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. gevangen zetten (opsluiting)
    fångslad

Vertaal Matrix voor gevangen zetten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fångslad gevangen zetten; opsluiting detentie; gevangenhouding; hechtenis; opsluiting
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hålla fast gevangen zetten; interneren; isoleren; opsluiten beet hebben; klemmen; knellen; niet laten gaan; omklemmen; vasthebben; vasthouden
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fångslad penitentiair

Verwante vertalingen van gevangen zetten