Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gemier (Nederlands) in het Zweeds
gemier:
-
het gemier (gezeur)
Vertaal Matrix voor gemier:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
röra | gemier; gezeur | afdankertjes; allegaartje; bende; berg; bocht; geflikflooi; geklieder; gerotzooi; hoop; hutspot; kliederboel; kliederen; knoeierij; mengelmoes; mengvoer; mikmak; opeenhoping; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; samenraapsel; smerig spul; troep; zooi; zootje |
schabbel | gemier; gezeur | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
röra | aangaan; aanraken; aanroeren; aanstippen; aanstoken; belang inboezemen; beroeren; betreffen; bewegen; even aanraken; gaan; mixen; ontroeren; oppoken; opstoken; raken; roeren; rondroeren; slaan op; toucheren; treffen; verroeren; voelen; zich begeven; zich bewegen; zich verplaatsen; zitten aan; zorg inboezemen |