Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gelijkluidend:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gelijkluidend (Nederlands) in het Zweeds

gelijkluidend:

gelijkluidend bijvoeglijk naamwoord

  1. gelijkluidend (eensluidend)
    unison; uniform med; uniformt med; unisot
  2. gelijkluidend (homoloog; overeenstemmend)
    homolog

Vertaal Matrix voor gelijkluidend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
homolog gelijkluidend; homoloog; overeenstemmend
uniform med eensluidend; gelijkluidend
uniformt med eensluidend; gelijkluidend
unison eensluidend; gelijkluidend
unisot eensluidend; gelijkluidend

Verwante woorden van "gelijkluidend":

  • gelijkluidendheid, gelijkluidende