Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gauwdief:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gauwdief (Nederlands) in het Zweeds

gauwdief:

gauwdief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de gauwdief
    ficktjuv

Vertaal Matrix voor gauwdief:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ficktjuv gauwdief duiker; zakkenroller

Verwante woorden van "gauwdief":

  • gauwdieven

Wiktionary: gauwdief


Cross Translation:
FromToVia
gauwdief ficktjuv Taschendieb — Person, die fremde bewegliche Sachen, die sich im unmittelbaren Einflussbereich einer anderen Person befinden, entwendet
gauwdief ficktjuv pickpocket — one who steals from the pocket of a passerby