Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. frivool:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor frivool (Nederlands) in het Zweeds

frivool:

frivool bijvoeglijk naamwoord

  1. frivool (losbandig; wuft; hups; lichtzinnig)
    ytlig; ytligt; frivolt; frivol; lättsinnigt

Vertaal Matrix voor frivool:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frivol frivool; hups; lichtzinnig; losbandig; wuft amoreel; immoreel; loszinnig; obsceen; onzedelijk; onzedig; schaamteloos; schuin; vies; vunzig; zedeloos
frivolt frivool; hups; lichtzinnig; losbandig; wuft loszinnig; obsceen; schaamteloos; schuin; vies; vunzig; zedeloos
lättsinnigt frivool; hups; lichtzinnig; losbandig; wuft lichthoofdig; lichtvaardig; lichtzinnig; loszinnig
ytlig frivool; hups; lichtzinnig; losbandig; wuft doorwaadbaar; oppervlakkig; zonder diepgang
ytligt frivool; hups; lichtzinnig; losbandig; wuft oppervlakkig; vluchtelings; zonder diepgang

Verwante woorden van "frivool":

  • frivole

Wiktionary: frivool


Cross Translation:
FromToVia
frivool frivol frivolous — silly; especially at an inappropriate time or in an inappropriate manner