Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fluor:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fluor (Nederlands) in het Zweeds

fluor:

fluor [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de fluor
    fluor
    • fluor [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fluor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fluor fluor

Wiktionary: fluor

fluor
noun
  1. een chemisch element en een geelgroen halogeen

Cross Translation:
FromToVia
fluor fluor fluorine — chemical element
fluor fluor FluorChemie: das elektronegativste Element
fluor fluor fluor — Élément chimique