Nederlands
Uitgebreide vertaling voor fabelachtig (Nederlands) in het Zweeds
fabelachtig:
-
fabelachtig (te gek; fantastisch; gaaf; waanzinnig; krankzinnig; reuze; wijs)
otroligt; fantastisk; fantastiskt; genialt; genial-
otroligt bijvoeglijk naamwoord
-
fantastisk bijvoeglijk naamwoord
-
fantastiskt bijvoeglijk naamwoord
-
genialt bijvoeglijk naamwoord
-
genial bijvoeglijk naamwoord
-
-
fabelachtig (fabuleus)
fabulös; fantastisk; fantastiskt; sagolikt; fabulöst-
fabulös bijvoeglijk naamwoord
-
fantastisk bijvoeglijk naamwoord
-
fantastiskt bijvoeglijk naamwoord
-
sagolikt bijvoeglijk naamwoord
-
fabulöst bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor fabelachtig:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fabulös | fabelachtig; fabuleus | |
fabulöst | fabelachtig; fabuleus | |
fantastisk | fabelachtig; fabuleus; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs | fantastisch; fantastische; formidabel; geweldig; glorierijk; heilig; prachtig; verheerlijkt; zalig |
fantastiskt | fabelachtig; fabuleus; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs | buitengemeen; dolletjes; enig; fantastisch; fantastische; fenomenaal; formidabel; geschikt; geweldig; glorierijk; groots; heilig; hoogst; prachtig; puik; riant; tof; verheerlijkt; zalig; zeer |
genial | fabelachtig; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs | |
genialt | fabelachtig; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs | |
otroligt | fabelachtig; fantastisch; gaaf; krankzinnig; reuze; te gek; waanzinnig; wijs | dolletjes; enig; fantastisch; formidabel; geweldig; ongelofelijk; onwaarschijnlijk; prachtig |
sagolikt | fabelachtig; fabuleus | mythisch |