Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. eindeloos:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eindeloos (Nederlands) in het Zweeds

eindeloos:

eindeloos bijvoeglijk naamwoord

  1. eindeloos (ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt)
    oändligt; evigt; ändlöst; oändlig; ändlös; oupphörlig; oupphörligt
  2. eindeloos (eeuwigdurend; eeuwig; altijddurend)
    oändlig
  3. eindeloos (zonder einde; oneindig)
    ändlös; evigt; ändlöst

Vertaal Matrix voor eindeloos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oändligt eeuwigheid; eindeloosheid; eindeloze duur; oneindigheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
evigt eindeloos; ellenlang; oneindig; ontzettend lang; waar geen eind aan komt; zonder einde altijddurend; constant; continue; definitief; doorlopend; eeuwig; onverandelijk; onvergankelijk; permanent; voorgoed
oupphörlig eindeloos; ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt aaneengesloten; aanhoudend; continu; continue; doorlopend; niet aflatend; onafgebroken; ononderbroken; onophoudelijk; voortdurend
oupphörligt eindeloos; ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt aaneengesloten; aanhoudend; continu; continue; doorlopend; niet aflatend; onafgebroken; ononderbroken; onophoudelijk; voortdurend
oändlig altijddurend; eeuwig; eeuwigdurend; eindeloos; ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt immens; oeverloos; onmetelijk; ontzaglijk; peilloos
oändligt eindeloos; ellenlang; ontzettend lang; waar geen eind aan komt grenzeloos; immens; oeverloos; onmetelijk; ontzaglijk; peilloos
ändlös eindeloos; ellenlang; oneindig; ontzettend lang; waar geen eind aan komt; zonder einde
ändlöst eindeloos; ellenlang; oneindig; ontzettend lang; waar geen eind aan komt; zonder einde onbegrensd; onbeperkt

Verwante woorden van "eindeloos":


Wiktionary: eindeloos


Cross Translation:
FromToVia
eindeloos evig eternal — lasting forever
eindeloos ändlös; oändlig; gränslös infinite — boundless, endless
eindeloos oändlig; ändlös infinite — figuratively, very large
eindeloos ändlös infini — Qui n’a ni commencement ni fin, qui est sans bornes et sans limites.
eindeloos ständig; ihållande; evärdlig perpétuel — Qui ne cesser pas ; qui durer toujours.