Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eeuwig (Nederlands) in het Zweeds

eeuwig:

eeuwig bijvoeglijk naamwoord

  1. eeuwig (onvergankelijk)
    evigt; evig; evigvarandet
  2. eeuwig (altijddurend; constant; doorlopend; continue)
    ständig; evinnerligt; ständigt; evinnerlig; evigt
  3. eeuwig (voor altijd; altijd; immer; )
    alltid
    • alltid bijvoeglijk naamwoord
  4. eeuwig (eeuwigdurend; eindeloos; altijddurend)
    oändlig
  5. eeuwig (levenslang)
    livslångt; livslång

Vertaal Matrix voor eeuwig:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ständigt blijven herhalen; hameren
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alltid altijd; altoos; eeuwig; immer; voor altijd; voor het leven; voor immer altijd; steevast
evig eeuwig; onvergankelijk definitief; immer; immermeer; onverandelijk; permanent; voorgoed
evigt altijddurend; constant; continue; doorlopend; eeuwig; onvergankelijk definitief; eindeloos; ellenlang; oneindig; ontzettend lang; onverandelijk; permanent; voorgoed; waar geen eind aan komt; zonder einde
evigvarandet eeuwig; onvergankelijk
evinnerlig altijddurend; constant; continue; doorlopend; eeuwig
evinnerligt altijddurend; constant; continue; doorlopend; eeuwig
livslång eeuwig; levenslang
livslångt eeuwig; levenslang
oändlig altijddurend; eeuwig; eeuwigdurend; eindeloos eindeloos; ellenlang; immens; oeverloos; onmetelijk; ontzaglijk; ontzettend lang; peilloos; waar geen eind aan komt
ständig altijddurend; constant; continue; doorlopend; eeuwig voortgezet
ständigt altijddurend; constant; continue; doorlopend; eeuwig aldoor; almaar; altijd; blijvend; continue; de hele tijd; gedurig; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; steevast; telkens; uitentreuren; voortdurend; voortgezet

Verwante woorden van "eeuwig":


Wiktionary: eeuwig


Cross Translation:
FromToVia
eeuwig evig eternal — lasting forever
eeuwig för alltid forever — for all time, for all eternity; for an infinite amount of time
eeuwig ständig permanent — without end
eeuwig evig ewigtheologisch/philosophisch: endlos, zeitlich unbegrenzt
eeuwig ständig; ihållande; evärdlig perpétuel — Qui ne cesser pas ; qui durer toujours.
eeuwig evig; oändlig; ständig; efterhängsen éternel — Qui n’a pas eu de commencement et n’aura jamais de fin.