Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. drugs:
  2. drug:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor drugs (Nederlands) in het Zweeds

drugs:

drugs [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de drugs (narcotica; dope)
    narkotika; droger

Vertaal Matrix voor drugs:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
droger dope; drugs; narcotica bedwelmend middel; dope; doping; drug; pep; pepmiddel; verslavend middel
narkotika dope; drugs; narcotica

Verwante woorden van "drugs":


drugs vorm van drug:

drug [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de drug (genotmiddel; stimulerend middel; opwekkend middel)
    drog; stimulantia
  2. de drug (verslavend middel; dope; bedwelmend middel)
    droger
    • droger zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor drug:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drog drug; genotmiddel; opwekkend middel; stimulerend middel Drugs; artsenijmiddel; geneesmiddel; medicament; medicijn; middel; remedie
droger bedwelmend middel; dope; drug; verslavend middel dope; doping; drugs; narcotica; pep; pepmiddel
stimulantia drug; genotmiddel; opwekkend middel; stimulerend middel stimulerend middel

Verwante woorden van "drug":


Verwante vertalingen van drugs