Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. douches:
  2. douche:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor douches (Nederlands) in het Zweeds

douches:

douches [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de douches (stortbaden)
    duschar; duschapparater

Vertaal Matrix voor douches:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duschapparater douches; stortbaden
duschar douches; stortbaden

Verwante woorden van "douches":


douche:

douche [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de douche (stortbad)
    dusch
    • dusch [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor douche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dusch douche; stortbad bui; regenbui

Verwante woorden van "douche":


Verwante definities voor "douche":

  1. ding met kleine gaatjes waar water uit stroomt1
    • het is heerlijk om onder de douche te staan1
  2. wasbeurt met douche1
    • als ik thuiskom neem ik eerst een douche1

Wiktionary: douche


Cross Translation:
FromToVia
douche dusch Dusche — Einrichtung, meist im Badezimmer, die das Wasser aus größerer Höhe auf den Körper fallen lässt und so das schnelle Waschen des Körpers erlaubt
douche dusch shower — device for bathing
douche dusch shower — instance of using of this device