Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. doorgesneden:
  2. doorsnijden:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor doorgesneden (Nederlands) in het Zweeds

doorgesneden:

doorgesneden bijvoeglijk naamwoord

  1. doorgesneden
    genomskuret; avskuret; genomskuren

Vertaal Matrix voor doorgesneden:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avskuret doorgesneden
genomskuren doorgesneden
genomskuret doorgesneden

doorsnijden:

doorsnijden werkwoord (snijd door, snijdt door, sneed door, sneden door, doorgesneden)

  1. doorsnijden
    skiva; skiva upp
    • skiva werkwoord (skivar, skivade, skivat)
    • skiva upp werkwoord (skivar upp, skivade upp, skivat upp)

Conjugations for doorsnijden:

o.t.t.
  1. snijd door
  2. snijdt door
  3. snijdt door
  4. snijden door
  5. snijden door
  6. snijden door
o.v.t.
  1. sneed door
  2. sneed door
  3. sneed door
  4. sneden door
  5. sneden door
  6. sneden door
v.t.t.
  1. heb doorgesneden
  2. hebt doorgesneden
  3. heeft doorgesneden
  4. hebben doorgesneden
  5. hebben doorgesneden
  6. hebben doorgesneden
v.v.t.
  1. had doorgesneden
  2. had doorgesneden
  3. had doorgesneden
  4. hadden doorgesneden
  5. hadden doorgesneden
  6. hadden doorgesneden
o.t.t.t.
  1. zal doorsnijden
  2. zult doorsnijden
  3. zal doorsnijden
  4. zullen doorsnijden
  5. zullen doorsnijden
  6. zullen doorsnijden
o.v.t.t.
  1. zou doorsnijden
  2. zou doorsnijden
  3. zou doorsnijden
  4. zouden doorsnijden
  5. zouden doorsnijden
  6. zouden doorsnijden
en verder
  1. is doorgesneden
  2. zijn doorgesneden
diversen
  1. snijd door!
  2. snijdt door!
  3. doorgesneden
  4. doorsnijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor doorsnijden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skiva album; elpee; feestavond; feestje; fiche; grammofoonplaat; lp; moot; party; plaat; plak; plakje; record; schijfje; tranche; viering
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skiva doorsnijden
skiva upp doorsnijden