Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. diamanten:
  2. diamant:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor diamanten (Nederlands) in het Zweeds

diamanten:

diamanten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de diamanten
    diamanter

Vertaal Matrix voor diamanten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diamanter diamanten

Verwante woorden van "diamanten":


diamant:

diamant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de diamant
    diamant
    • diamant [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor diamant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diamant diamant

Verwante woorden van "diamant":


Wiktionary: diamant


Cross Translation:
FromToVia
diamant diamant diamond — uncountable: mineral
diamant diamant; brilliant diamond — gemstone
diamant diamant Diamanthart, aus Kohlenstoff bestehender Kristall mit starker Lichtbrechung, Mineral, Edelstein, Heilstein
diamant diamant diamant — Pierre précieuse