Nederlands
Uitgebreide vertaling voor component (Nederlands) in het Zweeds
component:
-
de component (basisbestanddeel; onderdeel; deel; bestanddeel; ingrediënt; stuk; element; fractie)
-
de component
Vertaal Matrix voor component:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
beståndsdel | basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk | |
del | basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk | aandeel; brokje; deel; deeltje; eindje; fractie; fragmentje; gedeelte; klein stukje; label; onderdeeltje; part; partje; plakje; portie; schijfje; segment; snippertje; stuk; stukje |
element | basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk | element; koelmantel; radiateur; radiator |
ingrediens | basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
registreringsdatafil | component |