Nederlands
Uitgebreide vertaling voor commentaar geven (Nederlands) in het Zweeds
commentaar geven:
commentaar geven werkwoord (geef commentaar, geeft commentaar, gaf commentaar, gaven commetaar, commentaar gegeven)
-
commentaar geven (becommentariëren; commentariëren; van commentaar voorzien)
Conjugations for commentaar geven:
o.t.t.
- geef commentaar
- geeft commentaar
- geeft commentaar
- geven commentaar
- geven commentaar
- geven commentaar
o.v.t.
- gaf commentaar
- gaf commentaar
- gaf commentaar
- gaven commetaar
- gaven commetaar
- gaven commetaar
v.t.t.
- heb commentaar gegeven
- hebt commentaar gegeven
- heeft commentaar gegeven
- hebben commentaar gegeven
- hebben commentaar gegeven
- hebben commentaar gegeven
v.v.t.
- had commentaar gegeven
- had commentaar gegeven
- had commentaar gegeven
- hadden commentaar gegeven
- hadden commentaar gegeven
- hadden commentaar gegeven
o.t.t.t.
- zal commentaar geven
- zult commentaar geven
- zal commentaar geven
- zullen commentaar geven
- zullen commentaar geven
- zullen commentaar geven
o.v.t.t.
- zou commentaar geven
- zou commentaar geven
- zou commentaar geven
- zouden commentaar geven
- zouden commentaar geven
- zouden commentaar geven
diversen
- geef commentaar!
- geeft commentaar!
- commentaar gegeven
- commentaar gevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor commentaar geven:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kommentera | aanmerking; bemerking; opmerking; rapport; reportage; verhaal; verslag; weergave | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kommentera | becommentariëren; commentaar geven; commentariëren; van commentaar voorzien | aanmerking maken; annoteren; bediscussiëren; bepraten; bespreken; doorpraten; doorspreken; praten over |
Computer vertaling door derden: