Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- circa:
-
Wiktionary:
- circa → cirka, ungefär, ungefärlig
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor circa (Nederlands) in het Zweeds
circa:
-
circa (ongeveer; ruwweg; omstreeks; plusminus; pakweg)
cirka; tillnärmelsevids; tillnärmelsevis; approximativ-
cirka bijvoeglijk naamwoord
-
tillnärmelsevids bijvoeglijk naamwoord
-
tillnärmelsevis bijvoeglijk naamwoord
-
approximativ bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor circa:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
approximativ | circa; omstreeks; ongeveer; pakweg; plusminus; ruwweg | |
cirka | circa; omstreeks; ongeveer; pakweg; plusminus; ruwweg | omtrent; ongeveer |
tillnärmelsevids | circa; omstreeks; ongeveer; pakweg; plusminus; ruwweg | |
tillnärmelsevis | circa; omstreeks; ongeveer; pakweg; plusminus; ruwweg |