Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal briefje

Vertaal briefje van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

briefje:
- papperspengar; notering; kort brev; anteckning; certifikat
brief:
- epistel
- brev
Wiktionary:
- brief → brev
- brief → brev

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor briefje (Nederlands) in het Zweeds

briefje:

briefje [het ~] zelfstandig naamwoord

het briefje (bankbiljet; papiergeld)
papperspengar
- papperspengar zelfstandig naamwoord
het briefje (aantekening; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel)
notering; kort brev; anteckning
- notering [-en] zelfstandig naamwoord
- kort brev zelfstandig naamwoord
- anteckning [-en] zelfstandig naamwoord
het briefje (attest; bewijs)
certifikat
- certifikat [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor briefje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anteckning	aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel	aantekening; annoteren; noot; notering; notitie; opschrijving; optekening; zakelijke notitie
certifikat	attest; bewijs; briefje	attesten; beveiligingscertificaat; brevet; certificaat; charter; digitaal certificaat; diploma; getuigschriften; licentie; oorkonde
kort brev	aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel
notering	aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; schrijfsel	aantekening; noot; notering; notitie; opschrijving; optekening
papperspengar	bankbiljet; briefje; papiergeld
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
certifikat		Certificaten

Verwante woorden van "briefje":

briefjes, brief

briefje vorm van brief:

brief [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de brief (epistel; schrijven)
epistel
- epistel [-en] zelfstandig naamwoord

brief

brief
brev
- brev [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brief:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
brev	brief	certificaat; charter; diploma; oorkonde; schrifttekens; schrijvens
epistel	brief; epistel; schrijven	epistel; strafpredikatie

Verwante woorden van "brief":

briefen, brieven, briefje, briefjes

Verwante definities voor "brief":

bankbiljet¹
- een briefje van honderd¹
geschreven boodschap aan iemand¹
- ik schrijf mijn moeder een brief¹

Wiktionary: brief

brief

noun

een geschreven bericht van een persoon naar een ander, meestal in een omslag per post verzonden
- brief → brev

Cross Translation:

From	To	Via
• brief	→ brev	↔ letter — written message
• brief	→ brev	↔ Brief — eine geschriebene, verschlossene Mitteilung, die (meist gegen Bezahlung) per Post oder Boten verschickt wird
• brief	→ brev	↔ lettre — Message écrit

¹Muiswerk Woordenboek